Wist je dat de begeleiders van de Zeevonk bevlogen vrijwilligers zijn die iedere maand weer instaan voor een enthousiast programma van natuurbeleving. De groep begeleiders bestaat hoofdzakelijk uit volwassenen waarvan een groot deel ervaring heeft als natuurgids.
WAT IS EEN ZEEVONK
De officiele naam van de zeevonk is Noctiluca scintillans, wat letterlijk ‘flitsend nachtlichtje’ betekent. Vroeger had hij echter een andere naam: Noctiluca miliaris , wat dan weer letterlijk “duizend nachtlichtjes” betekent. De zeevonk wordt meestal ondergebracht in de familie van de algen en meet 0,5 tot 1 millimeter doorsnede, wat heel groot is voor een alg. Aangezien de zeevonk geen bladgroen of iets vergelijkbaars heeft en zich min of meer als een diertje voedt, beschouwen veel biologen de zeevonk plant noch dier en delen zij hem in bij de protisten.
​
In de tropen leeft de zeevonk samen met een andere soort alg in symbiose door een algje in zijn eigen cel op te nemen die voedsel voor hem produceert. De zeevonk van onze zee kan dit echter niet en moet dus op een andere manier zijn voedsel vinden. De zeevonk kan zich op 2 manier voeden, ofwel kan hij voedseldeeltjes aan een kleverig draadje plakken en die in zijn cel naar binnen brengen, ofwel kan de zeevonk in groepsverband eten. Dan vormen ze samen een soort zeef van slijmdraadjes om zich heen, waar tijdens het zinken voedsel in blijft hangen.
De zeevonk wordt tot de groep van heterotrofe algen gerekend, de heterotrofe dinoflagellaten om precies te zijn. Heterotroof betekent dat hij zelf geen voedingsstoffen kan maken zoals een plant dat kan, maar dat hij aangewezen is op voedseldeeltjes in het water. Een dinoflagellaat is een alg met een flagel of staartje. Naast de duidelijk zichtbare flagel, heeft de zeevonk nog een tweede klein staartje. Bij vele algen heeft dit staartje een zwemfunctie, maar bij de zeevonk echter niet.
Het licht van de zeevonk is makkelijk waar te nemen met het menselijk oog. De meeste dinoflagellaten zenden rond de 600 miljoen fotonen in een flits uit, die maar ongeveer 0.1 seconden duurt. Als je dat doorrekent, zou je ongeveer een half miljoen algen nodig hebben, die allemaal tegelijkertijd flitsen om evenveel licht te produceren als een LED lampje. Als je ogen een beetje gewend zijn aan de duisternis, kun je een enkele zeevonken samen ook al zien.
​
Het licht van de zeevonk wordt geproduceerd tijdens een chemisch proces waarbij veel energie vrijkomt. Dit proces wordt ook wel bioluminiscentie genoemd. In tegenstelling tot een gloeilamp, waarbij veel warmte ontstaat, is bioluminiscentie juist bijzonder efficient: alle energie die bij de chemische reactie vrijkomt wordt omgezet in licht.
HET IS FIJN OM EEN ZEEVONK TE ZIJN!